Roodsprietgarnaal - Palaemon adspersus
De roodsprietgarnaal heeft een doorschijnend lichaam, met meestal een geelgroene, maar soms een bruine of grijze waas. Vaak zijn verspreid over het achterlijf hele kleine witte en rode stipjes te zien. Midden op de rug is soms een aantal korte witachtige lengtestreepjes zichtbaar, maar nooit een ononderbroken streep zoals bij de rugstreepsteurgarnaal (Palaemon macrodactylus). De gewrichten van de poten zijn een beetje geelachtig, maar fletser dan bij de gewone steurgarnaal (Palaemon elegans) en de gezaagde steurgarnaal (Palaemon serratus). Soms is de gele kleur nauwelijks te zien. De onderste helft van het rostrum heeft een kenmerkende donkere, roodbruine kleur. Deze kan soms moeilijk te zien zijn, omdat er andere kopaanhangsels naast zitten. De langste voelsprieten zijn kleurloos. De korte voelsprieten zijn roodachtig, met smalle witachtige ringetjes.