Kwallen


Een kwal is een holtedier met tentakels, met die tentakels kunnen ze hun evenwicht bewaren, maar ook proeven en licht opvangen. Kwallen komen voornamelijk in zeeën voor over de hele wereld. Het voedsel bestaat uit kleine visjes, garnalen en plankton. Kwallen vangen al zwemmend hun voedsel. Kwallen zijn een groot deel van hun leven tweeslachtig, ze stoten hun voortplantingscellen uit. Uit de bevruchte eicel groeit geen kwal, maar een larve. Deze larve hecht zich aan de vaste ondergrond en groeit uit tot een poliep-achtig dier. In het voorjaar en in de zomer stoten deze poliepen kleine kwalletjes af en deze groeien snel uit tot volwassen dieren. Kwallen worden maximaal 1 jaar, uitzonderingen daar gelaten. Als de kwallen hun voortplantingscellen hebben gelost, sterven ze sowieso.