Steurgarnaal - Palaemon elegans


De steurgarnalen zijn eigenlijk bewoners van poeltjes bij zeedijken en golfbrekers. Waar hij zich rustig zwemmend met zijn zwempoten, op zoek gaat naar kleine wormpjes of stukjes zeewier. Hij kan zich echter ook met een paar ferme slagen van zijn achterlijf bliksemsnel uit de voeten maken, mocht dat nodig zijn. En dat is dan ook regelmatig nodig, want de steurgarnaal staat bij erg veel vissen, inktvissen en anemonen hoog op het menu. Echter door zijn grotendeels transparante lichaam en het vermogen om zijn vlekken en strepen aan te passen aan de ondergrond is hij voor rovers erg moeilijk te ontdekken. Om te groeien moet de steurgarnaal regelmatig vervellen. In deze tijd is hij buitengewoon kwetsbaar. De mannetjes gebruiken de periode dat de vrouwtjes vervellen om met hen te paren. De wijfjes legen zo'n 2500 eitjes die ze met zich meedragen tussen hun achterste zwempoten. Jonge garnalen vervellen om de 14 dagen.